Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [26]Alle beest, [27]dat den klauw verdeelt, doch de klove niet in tweeen klieft, en niet herkauwt, zal u onrein zijn; zo wie hetzelve aangeroerd zal hebben, zal onrein zijn. 26. Drieerlei soorten van beesten worden vermeld, door welke aan te roeren men verontreinigd werd: I. onreine, die groot waren, vs.26,27,28; II. onreine, die klein waren, vs.29,30,31, enz.; III. reine die vanzelf gestorven of verscheurd waren, vs.39. 27. Dat is, dat den klauw wel verdeeld heeft, doch niet in twee alleen, gelijk de schapen en koeien, maar in meer delen, als daar zijn leeuwen, wolven, beren, honden, katten. Zie boven, vs.3,4.